Senioren

Hieronder een korte weergave van de belangrijkste spelregels van het rugby.

Bij de senioren wordt een rugbywedstrijd gespeeld over 2 helften van elke 40 minuten. De pauze bedraagt ongeveer 5 minuten. Omdat overtredingen en dergelijke genomen mogen worden zonder een signaal van de scheidsrechter is het spel snel en aantrekkelijk. Er word altijd weinig extra tijd bijgetrokken.

Een senioren rugbyteam bestaat uit 15 spelers. Alle posities in het veld hebben een naam gekregen maar zijn ook weer onder te verdelen in 2 hoofdgroepen. De mensen in de scrum worden voorwaartsen genoemd en de "vrije mensen" worden lijn-mensen genoemd. 

De Score
Een try levert vijf punten op. Een try wordt gehaald door de bal achter de eindlijn van de tegenstander op de grond te drukken. Nadat een try is gescoord, wordt op de verticale as van het veld geprobeerd de bal tussen de palen te schoppen. De bal mag hierbij op een verhoging worden gelegd zoals een kicking tee. Deze score genaamd conversie levert nog eens 2 extra punten op. De maximum score is dan ook 7 punten per keer. 

In het spel zelf mag de bal ook tussen de palen worden geschopt. Dit word een field-goal genoemd en deze levert 3 punten op. De score telt echter alleen wanneer dit met een een drop-goal is gedaan. Dit houdt in de de bal eerst contact moet hebben gehad met de grond. 

De bal moet in geval van een drop-goal en conversie over de dwarslat en tussen de verticaal staande palen worden geschopt. 

Opstelling
De aftrap word vanaf het midden van het veld via een grond-kick naar de tegenstander geschopt. Deze bal moet tenminste 10 meter van de middellijn geschopt worden. 

De horizontale as waarop de bal zich bevind word de off-side lijn genoemd. Beide teams staan aan hun kant van deze denkbeeldige lijn. Wanneer een speler aan de verkeerde kant van deze lijn staat staat hij dan ook off-side en mag hij niet actief deelnemen in de wedstrijd totdat hij weer aan de goede kant van de lijn staat.

De tien belangrijkste rugbyregels:

1. De spelers mogen rennen met de bal in de handen. Schijnbewegingen en snelheid zijn je wapens!

2. De bal mag alleen naar achteren worden gegooid. De ovale vorm van de bal vereist een speciale pass-techniek.

3. De speler met de bal mag getackeld worden. Dat mag overigens alleen door tackelen met de schouders en armen. Je mag alleen getackeld worden op punten lager dan je schouders.

4. Lichte overtredingen zoals het naar voren laten vallen of naar voren passen van de bal worden bestraft met een SCRUM. In de scrum staan de acht voorwaartsen in een bepaalde formatie. De twee groepen van acht voorwaartsen strijden om de bal die in het midden van de scrum wordt ingegooid.

5. Als de bal uitgaat, wordt een LINE-OUT geformeerd. Deze bestaat uit twee rijen van spelers waar tussendoor de bal gegooid word. Een speler mag, terwijl hij/zij springt, worden opgetild (gelift) om hoge ballen te kunnen vangen.

6. Zware overtredingen zoals buitenspel (off side), gevaarlijk spel of commentaar op de scheidsrechter worden bestraft met een penalty. Bij een penalty moet de tegenstander 10 meter achteruit. Maar als je in de buurt van de palen bent, mag je ook op de palen schieten. Dat levert drie punten op.

7. Buitenspel: als je achter de bal blijft, sta je over het algemeen niet buitenspel.

8. Niet alleen bij de tackel doe je leuke contacten op. Ook bij een MAUL maak je contact. Je botst tegen een speler en draait je lichaam in. Je wacht op hulp van een medespeler als de tegenstander je vast pakt. Soms krijg je een kluwen spelers die duwen en trekken om de bal te krijgen. Als de bal in dezelfde situatie op de grond komt, spreek je van een RUCK.

9. Je mag de bal schoppen vanaf de Cubs. Soms is dat handig als je in de verdediging staat, maar uiteraard leidt het meestal tot balverlies.

10. Behandel de tegenstander en de scheidsrechter met respect.

Evenementen
Weer
  • 16,0°
    Zwaar bewolkt
    Rustige week met geregeld zon
Buienradar.nl